In deze paragraaf staan de financiële risico’s die op dit moment relevant zijn voor de gemeente Scherpenzeel. Daarbij kijken we naar de actuele situatie binnen en buiten de organisatie. Risicomanagement is een vast onderdeel van hoe de gemeente werkt. Daardoor kunnen risico’s goed worden meegenomen bij het nemen van besluiten.
Deze paragraaf begint met een uitleg over het doel van risicobeheer. Daarna worden de belangrijkste risico’s genoemd. Vervolgens laten we zien hoe groot de risico’s zijn en hoeveel geld we nodig hebben om deze risico’s op te vangen. We vergelijken dit met het bedrag dat de gemeente nu in reserve heeft.
De regels en afspraken hierover staan in de Nota reserves en voorzieningen 2023 en in de Financiële verordening 2024 van de gemeente Scherpenzeel.
3.3.1 Doel van risicobeheer
De gemeente voert beleid uit en werkt aan projecten. Daarbij kunnen dingen misgaan. Dat noemen we risico’s.
Risicobeheer betekent dat we als gemeente risico’s op tijd herkennen, beoordelen en proberen te beperken. Zo zorgen we als gemeente ervoor dat onze doelen haalbaar blijven en onverwachte problemen geen grote gevolgen hebben.
We kijken vooral naar:
- het halen van de gemeentelijke doelen;
- de werking van processen en projecten;
- de betrouwbaarheid van de financiële administratie;
- het naleven van wetten en regels.
Voordat we als gemeente een belangrijk besluit nemen, kijken we naar de mogelijke risico’s. We bepalen hoe groot het risico is, wat de kans is dat het gebeurt, en wat de mogelijke impact is. Daarbij kijken we ook naar de mogelijke kosten.
Niet alle risico’s zijn financieel. Sommige hebben geen directe invloed op het geld, maar zijn wel belangrijk om te kennen. Toch ligt in deze paragraaf de nadruk op financiële risico’s, omdat die belangrijk zijn voor het bepalen van het weerstandsvermogen. Dit is verplicht volgens de wet (Besluit Begroting en Verantwoording – BBV).
De gemeente maakt twee keer per jaar een risico-inventarisatie. Dit is een lijst met mogelijke risico’s. Daarna wordt met een risicosimulatie berekend hoeveel geld nodig is om de risico’s op te vangen.
De gemeente vergelijkt dan:
- Hoeveel geld hebben we beschikbaar voor risico’s? Dit is de beschikbare weerstandscapaciteit.
- Hoeveel geld hebben we nodig? Dit is het gewenste weerstandsvermogen.
Beschikbare weerstandscapaciteit en gewenst weerstandsvermogen vormen samen de weerstandsratio. Die geeft aan of de gemeente financieel sterk genoeg is om risico’s op te vangen. De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserve, de post onvoorzien en de ruimte om belastingen te verhogen (dit heet de onbenutte belastingcapaciteit).
Door de risico’s goed in beeld te brengen, kunnen de gemeenteraad, het college en de organisatie verantwoorde keuzes maken – nu en voor de toekomst.
3.3.2 Risico-matrix
We laten risico’s zien in een risicomatrix, hierna heatmap genoemd. Deze matrix maakt snel duidelijk welke risico’s het grootst zijn en het meeste effect kunnen hebben.
Een risico wordt geplaatst in de matrix op basis van twee factoren:
- De kans dat het risico gebeurt.
- De impact van het risico als dit zich voordoet.
Om de kans te bepalen, gebruiken we een tabel met 5 verschillende niveaus:
Nr | Waarde | Waarschijnlijkheid |
|---|---|---|
1 | 1 | Bijna niet denkbaar, maar praktisch mogelijk |
2 | 2 | Denkbaar, maar niet waarschijnlijk |
3 | 4 | Mogelijk |
4 | 10 | Goed mogelijk |
5 | 20 | Te verwachten |
De impact is opgedeeld in vijf beoordelingsaspecten (zie volgende pagina).
Elke kans en elke impact krijgt een waarde. Deze twee waardes worden met elkaar vermenigvuldigd. Zo ontstaat er een score. Deze score geeft aan hoe groot het risico is. De score wordt opgenomen in de heatmap.
KANS | 20 | 20 | 40 | 100 | 200 | 500 |
|---|---|---|---|---|---|---|
10 | 10 | 20 | 50 | 100 | 250 | |
4 | 4 | 8 | 20 | 40 | 100 | |
2 | 2 | 4 | 10 | 20 | 50 | |
1 | 1 | 2 | 5 | 10 | 25 | |
14 | 1 | 2 | 5 | 10 | 25 | |
IMPACT |
In het overzicht van de risico’s zijn risico’s met een score lager dan 8 niet opgenomen. We gaan ervan uit, dat de impact dan met bestaande middelen kan worden opgevangen.
Voor het financiële effect gebruiken we de score ook. We vermenigvuldigen het maximale financiële gevolg van het risico met de score. De uitkomst is nooit hoger dan 100% van dat maximale bedrag.
Voor de impact kijken we naar vijf onderdelen (beoordelingsaspecten).
Nr | Waarde | Omschrijving | Bestuurlijk | Financieel economisch | Leefomgeving | Gezondheid | Continuïteit |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | 1 | Zeer klein/geen negatief effect | Er is geen sprake van afbreuk aan het bestuurlijk imago. | Er is geen sprake van enige financieel - economische schade. | De verstoring/calamiteit leidt niet tot achteruitgang van het milieu/de natuur. | De verstoring/calamiteit leidt niet tot mogelijke gezondheidsproblemen. | Onderbreking kritische functie, geen invloed op primair proces. |
2 | 2 | Klein negatief effect | De te verwachten afbreuk is minimaal. Het algemene vertrouwen in het bestuur wordt niet geschaad. | De directe financieel - economische schade is gering en blijft beperkt. | De te verwachten afbreuk is gering. | Gezondheidsproblemen bij één of enkele personen (niet blijvend). | Korte onderbreking van primair proces <1 dag. |
3 | 5 | Beperkt negatief effect | De te verwachten afbreuk heeft gevolgen die niet ernstig en/of van korte duur zijn. | De financieel - economische schade is aanzienlijk. | Er is sprake van een duidelijke aantasting van het milieu/de natuur, doch deze is omkeerbaar en heeft geen effecten op de lange termijn. | Algehele (niet blijvende) gezondheidsproblemen. | Onderbreking van primair proces >1 dag. |
4 | 10 | Groot negatief effect | De te verwachten afbreuk is evident , de positie van bestuurders is in het geding. | De financieel - economische schade is hoog. | De te verwachten milieuaantasting is evident en heeft permanente gevolgen. | Blijvende gezondheidsproblemen voor meerdere personen. | Ontwrichting van primair proces >1 week. |
5 | 25 | Zeer groot negatief effect | De afbreuk van het bestuurlijk imago is dermate groot dat de positie van het bestuur als geheel per direct onhoudbaar is. | De financieel - economische schade is zeer hoog. | De te verwachten milieuaantasting is evident en heeft permanente gevolgen en leidt tot grote natuurrampen. | Zware gezondheidsproblemen met mogelijk de dood als gevolg. | Permanent verlies van primair proces >1 maand. |
Een risico hoeft geen effect te hebben op alle vijf beoordelingsaspecten.
Maar de bovenstaande uitwerking maakt het gemakkelijker om de juiste waarde te bepalen.
3.3.2 Risico-inventarisatie
Nr. | Risico | Risico omschrijving | Risicocategorie | Kans | Impact | Score | Rang | Financieel gevolg (maximaal) | Benodigde weerstands-capaciteit | Beheersmaatregelen |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Kwetsbaarheid omvang gemeentelijke organisatie | Een kleine organisatie is relatief kwetsbaar. Bij ziekte en uitval van medewerkers is het lastig de continuïteit te waarborgen. | Bedrijfsrisico's | 3 | 3 | 20 | 2 | 500.000 | 100.000 | We zetten in op vitaliteit. Zorgen voor actieve budgetbewaking en houden bij het budget voor inhuur rekening met deze kwetsbaarheid. |
2 | Informatie-beveiliging | De ontwikkelingen in de digitale wereld gaan razendsnel. Niet alleen bij en binnen overheden, maar ook bij cybercriminelen en hackers. De dienstverlening kan stilvallen, maar ook de bescherming van persoonsgegevens loopt gevaar. | Bedrijfsrisico's | 3 | 4 | 40 | 1 | 3.000.000 | 1.200.000 | Via ICT Veenendaal doen we er alles aan om de beveiliging optimaal te houden via o.a. authenticatiebeheer, beheren van autorisaties en informatiebeveiliging. Technisch dragen we zorg voor het upgraden van de firewalls, en is Defender for Endpoints (werkstations) ingericht voor de werkstations. Alle mobiele devices zijn in een beheerde omgeving opgenomen. Daarnaast wijzen we onze medewerkers constant op de risico’s door het aanbieden van wekelijkse bewustwordingslessen op gebied van Privacy en Security. |
3 | Verontreinigings-incident riolering | Wanneer er een ernstig milieudelict plaatsvindt waarbij sanering noodzakelijk is, is de provincie projectleider en is ook het bevoegd gezag over de saneringsaanpak en de urgentiebepaling. Wie opdraait voor welke kosten is vooraf niet bekend. | Aansprakelijkheidsrisico's | 2 | 3 | 10 | 10 | 500.000 | 50.000 | We nemen maatregelen tegen grondwateroverlast volgens het Grondwaterbeleid- en beheersplan. |
4 | Huisvesting onderwijs | Voor de huisvesting onderwijs is de verordening van toepassing. Door sterk stijgende bouwkosten voldoen de landelijke normeringen niet langer. In de bouwsector is sprake van schaarste zowel op het gebied van materialen als personeel. Het Rijk en de VNG hebben gemeenten indringend geadviseerd om hier rekening mee te houden. | Eigendomsrisico's | 4 | 2 | 20 | 3 | 500.000 | 100.000 | We bouwen alleen wanneer het nodig is en er geen andere opties zijn. We bouwen zo sober mogelijk. |
5 | Rampen en calamiteiten | De afgelopen jaren deed dit risico zich daadwerkelijk voor en hield het coronavirus de wereld in haar greep. Dat gold ook voor de gemeente Scherpenzeel. | Beleidsrisico's | 2 | 4 | 20 | 4 | 1.000.000 | 200.000 | We houden ons crisisplan up-to-date. |
6 | Bezuinigingen op de WSW | Het Rijk voert een (oplopende) bezuiniging door op de Wsw-gelden. Het risico is aanwezig dat de kosten minder snel dalen dan de ingevoerde bezuiniging van het Rijk. | Beleidsrisico's | 4 | 2 | 20 | 5 | 150.000 | 30.000 | We blijven kritisch op de beschikbare middelen en gaan hier zo efficiënt mogelijk mee om. |
7 | Jeugdzorg. Volumestijging en zwaardere zorg door open-einde regelingen | Gemeenten hebben volgens de Jeugdwet een zorgplicht, hiermee is er sprake van een open-einde-regeling. Als het aantal kinderen in zorg toeneemt betekent direct dat de zorgkosten stijgen. Bovendien hebben fluctuaties in aantallen en zorgintensiteit voor een kleine gemeente als Scherpenzeel direct grote impact op de kosten. | Beleidsrisico's | 4 | 2 | 20 | 6 | 500.000 | 100.000 | We werken regionaal samen en blijven inzetten aan de voorkant. We hebben daartoe ons Sociaal Team ook versterkt. Ook zetten we de extra middelen van het Rijk zo efficiënt mogelijk in. |
8 | Taakstelling Sociaal Domein | In de begroting is een taakstelling opgenomen voor het Sociaal Domein van jaarlijks € 150.000. We zien dat door de open-einde-regelingen de kosten lastiger te beteugelen zijn en dat voor een kleine gemeente fluctuaties in aantallen cliënten een relatief grote impact hebben. | Beleidsrisico's | 3 | 3 | 20 | 7 | 150.000 | 30.000 | We hebben beheersmaatregelen geformuleerd, uitgewerkt en geïmplementeerd, waardoor we de taakstelling al hebben kunnen verlagen van 400.000 (in 2022) naar 150.000 nu. |
9 | Langer thuis wonen, effecten Wmo | Doordat mensen tegenwoordig langer thuis wonen, is de vraag naar Wmo-voorzieningen groter. Dit heeft effect op de beschikbare middelen. | Beleidsrisico's | 4 | 2 | 20 | 8 | 200.000 | 40.000 | Het Sociaal team voert actieve regie. |
10 | Juridische claims | Als gemeente kunnen we te maken krijgen met civielrechtelijke claims door genomen besluiten of bij geleden schade. | Aansprakelijkheidsrisico's | 3 | 2 | 8 | 11 | 100.000 | 8.000 | |
11 | Planschade claims | Door de actualisatie van bestemmingsplannen loopt de gemeente risico op planschadeclaims. | Aansprakelijkheidsrisico's | 3 | 2 | 8 | 12 | 250.000 | 20.000 | |
12 | Verhoging btw voor overnachtingen | Per 1 januari 2026 gaat het hogere btw-tarief gelden voor overnachtingen. Uit een analyse van het ministerie van Financiën blijkt dat het aantal overnachtingen hierdoor kan dalen. | Beleidsrisico's | 4 | 2 | 20 | 9 | 60.000 | 12.000 | We volgen de ontwikkelingen en sturen bij in de Voorjaarsrapportage 2026 wanneer daar aanleiding toe is. |
6.910.000 | 1.890.000 |
3.3.4 Risico-evaluatie Heatmap
Risiconummers | 5 | |||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
4 | 4, 6, 7, 9, 12 | |||||||||||||||
3 | 10, 11 | 1, 8 | 2 | |||||||||||||
2 | 3 | 5 | ||||||||||||||
KANS | 1 | |||||||||||||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | ||||||||||||
IMPACT | ||||||||||||||||
De cijfers in bovenstaande heatmap verwijzen naar de genummerde risico’s.
3.3.5 Evaluatie per risicocategorie
Bedrijfsrisico's | 2 | 1 | 1 | |||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Eigendomsrisico's | 1 | 1 | ||||||||||||||||||||
Beleidsrisico's | 6 | 6 | ||||||||||||||||||||
Aansprakelijkheidsrisico's | 3 | 2 | 1 | |||||||||||||||||||
TOTAAL | 12 | 2 | 1 | 8 | 1 | |||||||||||||||||
1 | 2 | 4 | 5 | 8 | 10 | 20 | 25 | 40 | 50 | 100 | 200 | 250 | 500 | |||||||||
De risico’s zijn onderverdeeld in risicocategorieën. In bovenstaande tabel is per categorie het aantal risico’s aangegeven alsmede op welke plek het risico zich bevindt qua score.
3.3.6 Prioriteit
Geen aandacht nodig | 0 | ||||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Aandacht vereist | 3 | 2 | 1 | ||||||||||||||||||
Maatregelen vereist+ | 9 | 8 | 1 | ||||||||||||||||||
12 | 1 | 2 | 4 | 5 | 8 | 10 | 20 | 25 | 40 | 50 | 100 | 200 | 250 | 500 |
Bovenstaande tabel geeft aan hoeveel risico’s aandacht vereisen en bij hoeveel risico’s maatregelen zijn vereist.
3.3.7 Weerstandscapaciteit
Bij het bepalen van het benodigde weerstandsvermogen nemen we alleen de risico’s mee die nu bekend zijn. Als er nieuwe projecten starten, kunnen er extra risico’s ontstaan. Daardoor kan het nodig zijn om het weerstandsvermogen aan te passen.
Zoals in de tabel te zien is, zijn onze financiële risico’s op dit moment goed afgedekt met het beschikbare weerstandsvermogen.
Weerstandscapaciteit | Rekening 2024 | Begroting 2025 | Begroting 2026 |
|---|---|---|---|
Beschikbare weerstandscapaciteit | |||
Algemene reserve | 2.190.243 | 2.008.164 | 1.936.471 |
Post onvoorzien | 19.064 | 25.858 | 26.348 |
Onbenutte capaciteit OZB | 753.198 | 753.198 | 835.900 |
Beschikbare weerstandscapaciteit | 2.962.505 | 2.787.220 | 2.798.719 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 2.135.000 | 2.125.000 | 1.890.000 |
Weerstandsvermogen | 1,4 | 1,3 | 1,5 |
Voor de kwalificatie van bovengenoemde ratio van het weerstandsvermogen wordt bij veel gemeenten onderstaande tabel gehanteerd:
Waarderings-cijfers | Ratio | Betekenis | |
|---|---|---|---|
A | > 2,0 | uitstekend | |
B | 1,4 - 2,0 | ruim voldoende | |
C | 1,0 - 1,4 | voldoende | |
D | 0,8 - 1,0 | matig | |
E | 0,6 - 0,8 | onvoldoende | |
F | < 0,6 | ruim onvoldoende |
Omdat de systematiek van berekening van de risico’s voor de grondexploitaties anders is, laten we apart de afdekking van de risico’s op de grondexploitatie zien.
Risicodekking grondexploitaties | Rekening 2024 | Begroting 2025 | Begroting 2026 |
|---|---|---|---|
Beschikbare weerstandscapaciteit | |||
Risico grondexploitatie Nieuwe Koepel | 2.447.097 | 3.094.000 | 2.454.725 |
Risico grondexploitatie Zelder | 13.125 | 13.000 | 13.125 |
Totale risico | 2.460.222 | 3.107.000 | 2.467.850 |
Hoogte bestemmingsreserve grondexploitatie | 3.735.880 | 4.789.295 | 4.159.369 |
3.3.8 Kengetallen
Gemeenten moeten in de paragraaf over weerstandsvermogen vijf vaste financiële kengetallen opnemen. Dit helpt om duidelijk te laten zien hoe de financiële situatie van de gemeente is. De kengetallen geven de gemeenteraad extra informatie, zodat zij beter kan sturen en controleren. De kengetallen zijn geen toetsingsnorm voor het toezicht van de provincie of het Rijk. Ze zijn bedoeld voor intern gebruik binnen de gemeente.
De verplichte kengetallen zijn:
- Netto schuldquote
- Solvabiliteitsratio
- Grondexploitatie
- Structurele exploitatieruimte
- Belastingcapaciteit (woonlasten meerpersoonshuishoudens)
Andere kengetallen zijn toegevoegd op basis van artikel 23, lid 2 van de Financiële verordening.
Kengetallen | Rekening 2024 | Begroting 2025 | Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | Begroting 2029 |
|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichte kengetallen | ||||||
1a. Netto schuldquote | 54,1% | 49,5% | 51,3% | 63,5% | 56,3% | 53,6% |
1b. Netto schuldquote gecorr voor alle verstrekte leningen | 37,3% | 34,7% | 35,8% | 48,6% | 40,8% | 37,3% |
2. Solvabiliteitsratio | 30,9% | 28,6% | 31,9% | 29,2% | 30,5% | 31,3% |
3. Grondexploitatie | 33,9% | 14,8% | 12,1% | 7,7% | -6,2% | -7,7% |
4. Structurele exploitatieruimte | -6,8% | 2,7% | 1,0% | 2,5% | 0,7% | 2,1% |
5. Gemeentelijke belastingcapaciteit | 99,2% | 99,2% | 95,9% | 95,9% | 95,9% | 95,9% |
Overige kengetallen | ||||||
6. Weerstandsratio | 1,4 | 1,3 | 1,5 | 1,3 | 1,4 | 1,3 |
7. Netto schuld per inwoner | 1.584 | 1.667 | 1.675 | 2.208 | 1.902 | 1.758 |
8. Saldo van baten en lasten voor reservemutaties als percentage van de baten | -5,1% | 0,2% | -1,0% | 0,5% | -0,6% | 0,8% |
9. Onbenutte belastingcapaciteit OZB als percentage van de baten | 2,2% | 2,1% | 2,4% | 2,3% | 2,4% | 2,4% |
Beoordeling van de kengetallen
Een los kengetal zegt op zichzelf niet veel over hoe goed de financiële situatie van de gemeente is. Bijvoorbeeld: een hoge schuld hoeft niet meteen slecht te zijn. Dat hangt af van hoeveel eigen vermogen en inkomsten daar tegenover staan, en of de schuld goed kan worden afgelost.
Daarom kun je een enkel kengetal niet gebruiken om de financiële positie te beoordelen. De kengetallen moeten altijd samen bekeken worden. Alleen dan geven ze een goed en compleet beeld van hoe de gemeente er financieel voor staat.
Om deze reden worden de kengetallen samen besproken in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Voor de beoordeling gebruiken we de signaalwaarden in de tabel hieronder.
Signaleringswaarden kengetallen | Categorie A | Categorie B | Categorie C |
|---|---|---|---|
minst risicovol | neutraal | meest risicovol | |
1a. Netto schuldquote | < 90% | 90 - 130% | > 130% |
1b. Netto schuldquote gecorr. voor alle verstrekte leningen | < 90% | 90 - 130% | > 130% |
2. Solvabiliteitsratio | > 50% | 20 - 50% | < 20% |
3. Grondexploitatie | < 20% | 20 - 35% | > 35% |
4. Structurele exploitatieruimte | > 0% | 0% | < 0% |
5. Gemeentelijke belastingcapaciteit | < 95% | 95 - 105% | > 105% |
Omdat de kengetallen alleen in samenhang een volledig beeld geven van de financiële positie, is hieronder per kengetal een toelichting opgenomen.
Netto schuldquote
De netto schuldquote laat zien hoeveel schulden de gemeente heeft in vergelijking met de eigen inkomsten. Hoe meer schuld, hoe hoger deze quote is. Dit geeft een beeld van hoe zwaar de rente en het aflossen van leningen op de gemeentebegroting drukken.
Voor de gemeente Scherpenzeel is de netto schuldquote niet hoog. Zolang deze onder de 90% blijft, wordt dat als acceptabel gezien.
Berekening: (Vaste schulden + Netto vlottende schuld + Overlopende passiva – Financiële activa – Uitzettingen < 1 jaar – Liquide middelen – Overlopende activa) / Totale saldo van baten (excl. reservemutaties).
Solvabiliteitsratio
Dit kengetal laat zien of de gemeente haar schulden goed kan betalen. Hoe hoger deze ratio, hoe sterker de financiële positie van de gemeente is.
Een hoge solvabiliteitsratio betekent dat de gemeente beter bestand is tegen financiële tegenvallers. Samen met andere kengetallen geeft dit een goed beeld van hoe gezond de financiën van de gemeente zijn.
Berekening: Eigen vermogen / Totaal passiva
Grondexploitatie
Dit kengetal laat zien hoe groot de waarde van de grond is in vergelijking met de totale (verwachte) inkomsten van de gemeente.
Let op: dit getal zegt niets over hoe snel de grond verkocht kan worden, hoe lang het project duurt of wat de risico’s zijn. Daarover wordt meer uitgelegd in de paragraaf over grondbeleid.
Berekening: Bouwgronden in exploitatie / Totale saldo van baten (excl. reservemutaties).
Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal laat zien hoeveel ruimte de gemeente heeft in haar begroting op de lange termijn. Er wordt gekeken naar vaste inkomsten en vaste uitgaven. Die worden vergeleken met de totale inkomsten van de gemeente.
Is het percentage positief? Dan betekent dat dat de vaste inkomsten genoeg zijn om de vaste uitgaven te betalen. Daaronder vallen ook kosten zoals rente en aflossing van leningen.
Berekening: Structurele resultaat / Totale saldo van baten (excl. reservemutaties).
Belastingcapaciteit; woonlasten meerpersoonshuishoudens
Bij dit kengetal wordt gekeken hoeveel belasting een gemeente in een jaar vraagt, vergeleken met het landelijk gemiddelde van het jaar ervoor. Het gaat om woonlasten zoals de onroerendezaakbelasting (OZB), rioolheffing en afvalstoffenheffing.
De gemeente probeert de kosten van deze heffingen zoveel mogelijk te dekken met de opbrengsten. Maar een gemeente mag er ook voor kiezen om minder belasting te heffen dan wettelijk is toegestaan.
Berekening: Woonlasten voor een gezin bij gemiddelde WOZ-waarde / Woonlasten landelijk gemiddelde voor een gezin van voorgaand jaar.
