Voor u ligt de begroting van de gemeente Scherpenzeel voor het komende jaar en de meerjarenperiode 2027-2029. Deze begroting geeft richting aan het beleid en de financiële kaders waarmee wij de maatschappelijke opgaven oppakken. In een periode van zowel economische als bestuurlijke dynamiek streven wij naar stabiliteit, zorgvuldigheid en toekomstgericht denken. Hierbij hebben we dezelfde financiële principes gehanteerd als in voorgaande jaren. We begroten scherp, maar realistisch.
Scherpenzeel is een hechte, ondernemende en leefbare gemeente met een sterke sociale samenhang. We koesteren onze lokale identiteit en willen die kracht behouden en versterken. Tegelijkertijd staan we als gemeente voor grote maatschappelijke opgaven: de woningbouwopgave, de energietransitie, klimaatadaptatie, een toenemende druk op het sociaal domein en de behoefte aan toekomstbestendige voorzieningen. Deze vraagstukken vragen om duidelijke keuzes en een solide financiële basis.
Ondanks de financiële druk blijven we investeren in wat belangrijk is voor onze inwoners. We zetten in op een kwalitatief goed voorzieningenniveau, versterken de leefbaarheid in ons dorp, stimuleren duurzaamheid en blijven toegankelijk en betrouwbaar als lokale overheid. Daarbij blijven we samenwerken met inwoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en regionale partners, want alleen samen kunnen we Scherpenzeel toekomstbestendig maken.
Naast financiële uitdagingen kende dit jaar ook bestuurlijke veranderingen. Wethouder Ruimtelijke ordening en Financiën, dhr. Van Ekeren heeft zijn functie neergelegd om persoonlijke redenen. Wij danken hem voor de inzet, betrokkenheid en toewijding waarmee hij zich jarenlang voor Scherpenzeel heeft ingezet. Ook gemeentesecretaris dhr. ‘t Hoen heeft afscheid genomen van onze organisatie. Onder zijn leiding is gewerkt aan het versterken van de ambtelijke organisatie en het verbeteren van de samenwerking binnen en buiten het gemeentehuis. Beide vertrekken markeren een moment van overgang, waarin bestuurlijke continuïteit en zorgvuldige overdracht prioriteit krijgen.
Economische situatie
De economische vooruitzichten voor het komende begrotingsjaar kenmerken zich door zowel kansen als uitdagingen. Hoewel de nationale economie in een fase van gematigd herstel verkeert na een periode van onzekerheid, blijven externe factoren zoals inflatie, renteontwikkelingen, arbeidsmarktkrapte en geopolitieke spanningen van invloed op de lokale economie.
Ook blijft hierdoor de druk op huishoudens voelbaar, mede door stijgende woonlasten, energieprijzen en zorgkosten. Hoewel de koopkracht zich licht herstelt, zijn de gevolgen van de afgelopen jaren – met hoge inflatie en economische onzekerheid – nog zichtbaar, vooral bij lage inkomensgroepen.
De inflatie is in de afgelopen maanden enigszins gedaald, maar blijft hoger dan het langjarig gemiddelde. Dit heeft directe gevolgen voor de kosten waarmee wij als gemeente te maken hebben, zoals lonen, diensten, goederen en aanbestedingen. Tegelijkertijd blijft de rente op een relatief hoog niveau, wat de financieringslasten van investeringen verhoogt en de begrotingsruimte onder druk zet.
De arbeidsmarkt is krap, wat leidt tot uitdagingen bij het werven van gekwalificeerd personeel, zowel in het gemeentelijk apparaat als bij samenwerkingspartners en uitvoerende partijen. Dit vraagt om een flexibele inzet van middelen en creatieve oplossingen in de uitvoering van het beleid.
Tegen deze achtergrond blijft het van belang om als gemeente solide financieel beleid te voeren. Dat betekent scherpe keuzes maken, maar ook investeren in de vitaliteit en leefbaarheid van ons dorp. De komende jaren vraagt dit om een balans tussen structurele kostenbeheersing en het gericht inzetten van middelen op de maatschappelijke opgaven die inwoners raken.
Financiële beschouwing
De begroting voor het komende jaar hebben we opgesteld in een tijd van financiële onzekerheid en structurele veranderingen in de gemeentefinanciën, waarbij het ravijnjaar deels gedempt is voor 2026 maar ook verschoven is naar 2028.
Landelijke economische ontwikkelingen, zoals matige economische groei, afbouw van incidentele rijksbijdragen en een blijvend krappe arbeidsmarkt, hebben directe gevolgen voor de begrotingsruimte van gemeenten. We hebben dit voorjaar dan ook ons beleid scherp tegen het licht gehouden en een goede kerntakendiscussie gevoerd.
Ook is er nog steeds ruimte om gericht te investeren in noodzakelijke voorzieningen, woningbouw, duurzaamheid en leefbaarheid.
Tegelijkertijd is de druk op het sociaal domein onverminderd groot, en blijven de kosten in de jeugdzorg en Wmo stijgen. Deze trend zet zich naar verwachting voort, waardoor de komende jaren ook structurele aanpassingen in het beleid noodzakelijk kunnen zijn.
We houden vast aan een zorgvuldige uitgavenbeheersing en de lasten blijven onder controle. Bij het opstellen van onze totale begroting streven we ernaar om een maximale afwijking van vijf procent tussen de begrote bedragen en het uiteindelijke resultaat aan te houden. Dit is een duurzaam streven dat ons helpt de financiële stabiliteit van onze organisatie te waarborgen.
We staan er op dit moment financieel nog steeds gezond voor. In de jaren 2026 en 2028 is er weliswaar sprake van negatief saldo, maar de jaren 2027 en 2029 laten een positief saldo zien. De algemene reserve biedt voldoende ruimte om de tekorten van 2026 en 2028 op te vangen.
Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | Begroting 2029 | |
Totaal begrotingsresultaat | -359.572 | 200.307 | -228.641 | 271.858 |
Structureel resultaat | 356.846 | 931.610 | 248.405 | 721.914 |
De eis van de provinciale toezichthouder is dat het eerste jaar van de begroting structureel sluitend moet zijn, en als dat niet lukt minimaal het laatste jaar weer structureel sluitend moet zijn. Onze begroting voldoet hieraan.
Het structurele saldo pakt goed uit door de toevoeging aan de bestemmingsreserve Grondexploitaties (deze geldt als incidentele mutatie). Het laat wel zien, dat we erg afhankelijk zijn van de huidige grondexploitaties (deze lopen niet onbeperkt door). Het begrotingssaldo laat daarmee weinig ruimte voor tegenvallers.
Vooruitkijkend ligt er een duidelijke opgave: het realiseren van maatschappelijke ambities in een periode waarin de financiële ruimte steeds krapper wordt. Dit vraagt om bestuurlijke keuzes, prioritering en een duidelijke visie op de rol van de gemeente. Scherpenzeel blijft zich inzetten voor een evenwichtige ontwikkeling, met een scherp oog voor financiële degelijkheid en de belangen van onze inwoners. Alleen zo kunnen wij onze voorzieningen op peil houden en een veerkrachtige gemeente blijven in financieel uitdagende tijden.
Taakstellingen en stelposten
Het gebruik van stelposten en taakstellingen moet vanuit het perspectief van verantwoord financieel beleid worden beperkt. In de begroting hebben we slechts een taakstelling en een stelpost opgenomen.
Programmadoelen
Bij alle programma’s zijn doelen opgenomen die we willen bereiken. Deze doelen worden een keer per vier jaar geformuleerd. De uitkomsten van de kerntakendiscussie en de daarmee gepaard gaande besparingen hebben gevolgen voor het kunnen realiseren van sommige doelen.
Publicatie van de begroting
Alle P&C-documenten worden na vaststelling door de raad gepubliceerd op ons Planning & control portaal .
Langetermijn-agenda
In het kader van de nieuwe toekomstvisie heeft de raad vorig jaar via een motie opgeroepen een langetermijn-agenda te presenteren met daarin de ambities voor het volgende begrotingsjaar.
Nu er bij het opstellen van deze begroting nog geen nieuwe toekomstvisie ligt, is het niet mogelijk een langetermijn-agenda op te nemen met ambities, planning en prioriteiten.
Na vaststelling van de toekomstvisie nemen we de langetermijn-agenda op in de reguliere rapportagecyclus.
